Hoe vaak betrap jij jezelf erop dat je jezelf saboteert en je eigen goede voornemens in het honderd laat lopen?
Dit gaat over dingen toch maar niet doen waarvan je weet dat ze goed voor je zijn of dat je ze eigenlijk wel degelijk leuk vindt. Omdat je het nu even niet op kunt brengen. Geen zin, geen energie. Toch maar niet gaan sporten of studeren, of je afspraak afzeggen. In plaats daarvan ga je dan bijvoorbeeld liever wat hangen, een suf spelletje spelen, domme filmpjes op internet of TV kijken en dingen eten en drinken die niet goed voor je zijn. Ook al word je daar niet echt blij van. Maar ja, je doet het wel en je doet het zelf. Wat moet je daarmee?
Allereerst, zit jezelf daar niet te veel voor op je kop, als dit af en toe gebeurt. Het wordt echter een ander verhaal als dit te vaak gebeurt en je er echt last van krijgt. Als je er dan meer greep op wilt krijgen kun je bijvoorbeeld het volgende doen.
Op het moment dat je zoiets overkomt, kun je je afvragen wat er zo plezierig is aan wat je nu wel doet. Kennelijk doe je dit liever dan datgene wat je eigenlijk van plan was. Dus wat levert het je op? Wat is er belonend aan? Ontspanning? Troost misschien? In hoeverre is die beloning ook iets waar je toch een diep gevoelde behoefte aan hebt?
Vervolgens kun je nagaan of je die opbrengsten ook zo kunt realiseren dat het niet ten koste gaat van wat je van jezelf moet. Hoe zou je dat dan kunnen aanpakken? En bovendien, wat is het je waard? Zou het je op de lange termijn immers niet veel meer opleveren als je nu gewoon toch doet wat je van plan was?
Iets anders is, hoe maak je wat je nu doet, je plaatsvervangende activiteit, productiever, dan wel minder schadelijk? Nu is wat TV kijken redelijk onschuldig, maar als je moe bent, kun je ook eerder naar bed gaan. Of doe wat oefeningen om je conditie te verbeteren of je te ontspannen.
Ook kun je de tijd die vrij komt doordat je niet bent gaan doen wat je zou gaan doen gebruiken om met je eigen zelfsabotage in gesprek te gaan, om zo tot een oplossing te komen. Dit is misschien ongebruikelijk, maar het werkt wel. Je behandelt je zelfsabotage als een zelfstandige persoon waar je mee kunt praten. Hierbij ben jijzelf de volwassene. Je bent ook uitdrukkelijk de baas. Je kunt dit hardop of in stilte doen. Je stelt vragen en je zelfsabotage geeft antwoord. Het is wel even wennen. Zo komen antwoorden soms sneller dan verwacht. Soms heb je het idee dat je het eigenlijk al wist of klinkt het als onzin. Daardoor herken je het niet meteen als antwoorden. Als je het dan toch als een antwoord opvat, krijgt het vanzelf zijn betekenis. Je moet dus wel openstaan voor dit alles en niet meteen je oordeel klaar hebben.
Om te beginnen kun je je zelfsabotage naar haar beweegredenen vragen. Ook al heeft zelfsabotage consequenties die je niet wilt, die beweegredenen blijken eigenlijk toch heel aanvaardbaar: even niet, te eng, te koud, te druk, zo moe, eerlijk verdiend, etc. etc.. Allemaal verwoord alsof het voor je eigen bestwil is. Logisch ook, want ook die zelfsabotage ben jijzelf en jij wilt jezelf nu eenmaal niet te kort doen. Je spreekt dan ook je waardering voor uit voor die goeie bedoelingen. Vervolgens spreek je met je zelfsabotage af dat die zich voortaan alleen nog maar meldt als jij als volwassene haar uitnodigt. Dan mag ze ook helemaal los gaan. De zelfsabotage kan zich hier alleen maar in schikken. Jij bent immers de baas. Zo krijg je er greep op. Geregeld dus. Gewoon doen.
Om het allemaal nog wat ingewikkelder te maken, een van de antwoorden op de vraag naar beweegredenen, kan ook luiden dat het moment om iets te doen domweg nog niet is gekomen. De tijd is nog niet rijp en timing is alles. Soms ook ben je er zelf nog niet klaar voor, bijvoorbeeld omdat je eigenlijk nog niet helemaal beschikt over een goede aanpak en je daarvoor alles nog wat moet laten rijpen en sudderen. Je eerst overgeven aan iets minder belangrijks is dan juist verstandig.
Er is echter nog een vraag. Namelijk hoe komt het dat je er nu zo’n behoefte aan hebt om niet bezig te zijn met wat je je hebt voorgenomen. Dus waarom heb je juist nu geen zin? Deze laatste vraag kan heftige antwoorden opleveren. Een paar voorbeelden.
- Een zware periode in je werk
- Werk dat je niet leuk vindt
- Financiële problemen
- Een slechte conditie
- Gezondheidsproblemen van jou of je naasten
- Relatieproblemen
Stuk voor stuk zijn dit problemen die je greep op je eigen leven aantasten. Problemen ook waar je wel aan moet doen wat je eraan kunt doen. En dat is meestal veel meer dan je denkt. Ook al kun je ze niet wegnemen of volledig oplossen.
Ook daar moet je dus mee aan de slag. Zo moe hoef je dus niet worden van je werk. Het werk kun je leuker maken. Financiële problemen kun je oplossen. Je conditie kun je zelfs naar grote hoogten voeren. Je kunt je gezondheid bevorderen door meer te genieten van wat er nog te genieten valt en dat is niet gering. Je kunt ook je zieke naasten zo gelukkig mogelijk maken. Relatieproblemen kun je vaak wel oplossen en buiten je relatie schijnt er ook nog leven te zijn. Echt waar.
Kortom, soms is zelfsabotage niet zo erg of zelfs nuttig, maar laat je niet plat slaan. Waar het vooral om gaat is dat je de grotere oorzaken aanpakt en dat je niet vervalt in ideeën en gevoelens van hulpeloosheid. Het idee dat je volledig bent overgeleverd aan wat je zoal overkomt. Dat is maar één stap verwijderd van het mallotige idee dat je geen enkele wezenlijke invloed op je eigen leven kunt uitoefenen. Onzin!
Ja, aan sommige dingen kun je inderdaad niets doen, maar de wereld is groter dan die dingen. Er is altijd van alles waar je wel van kunt genieten. Gebeurtenissen, mensen, dieren, planten, dingen. Daar moet je dan wel voor open staan en, sterker, er actief naar op zoek gaan. In ieder geval moet je je niet de dingen die wel goed voor je zijn en die je wel plezierig vindt door de neus laten boren. Zeker niet door wat er allemaal niet goed is. In tegendeel zelfs. En waarom in hemelsnaam? Laat je niet verlammen! Jij bent de baas!